Taekwondo is een van oorsprong Koreaanse vechtkunst welke zich ontwikkeld heeft tot een volwassen vechtsport met globaal miljoenen beoefenaars. In 2000 is taekwondo na twee keer als introductiesport te hebben geparticipeerd aan de Olympische Spelen, opgenomen in het Olympische programma.
Taekwondo omvat, stijl, stap-sparring, wedstrijdsparring en zelfverdediging. Deze mix zorgt ervoor dat de sport door een breed publiek beoefend kan worden van jong tot oud. De taekwondosport heeft een sterk opvoedkundige waarde. Het leert jongeren om te gaan met agressie en heeft waarden als discipline en respect hoog in het vaandel staan. een korter toelichting op de verschillende onderdelen:
Stijl: een aantal technieken lopen in de vorm van figuren met een denkbeeldige tegenstander. Dit wordt tijdens de training gedaan per techniek, zodat deze helemaal beheerst kan worden. Deze technieken worden ook in een reeks uitgevoerd, waarbij verschillende technieken aan bod komen, waarbij je een denkbeeldige tegenstander hebt. Dit wordt Taeguks genoemd.
Sparren: de wedstrijd vorm in taekwondo. Dit is een hele leuke activiteit die al vanaf jonge leeftijd beoefend kan worden. Bij het wedstrijd sparren probeer je van je tegenstander te winnen door de tegenstander te raken met diverse arm- en (vooral) beentechnieken. Het sparren gaat volgens een punten systeem met officiele regels van de WTF.
Zelfverdediging: Hosinsul in het Koreaans, is de kunst van het zelfverdedigen. Dit kun je voorstellen als het ontwapenen van je tegenstander, bevrijden uit een hoofdklem, een aanval ombuigen, pols-klemmen, etc. uitvoeren.
One-steps (Ilbo taeryon): hierbij verdedig je jezelf tegen de aanval van je tegenstander, waarbij je elkaar niet mag raken. Het gaat om de controle over je eigen lichaam waar concentratie en balans centraal staan.
